Soweto
Terwijl Dorette aan het bowlen is in Johannesburg ga ik naar Soweto.
Samen met vier andere “toeristen”, heb ik op zondag 19-7-1992 een tocht gemaakt door Soweto. Deze tocht begon om 14.00u.
Onze gids zal ons de hele weg “friends” noemen, omdat toeristen in deze zwarte woonwijk niet welkom zijn.
Opey woonde in Soweto, Olendo West. Een aantal jaren geleden is hij naar Topsonville, ook in Soweto, verhuisd.
Al jaren lang zijn in Soweto politieke onlusten, waarbij vele doden en gewonden vielen. Mijn nieuwsgierigheid dwong mij om naar deze zwarte woonwijk te gaan. Het gevaar voor een white man om hier heen te gaan kon mij niet weerhouden.
Het totale gebied van Soweto is ongeveer 100km2 groot en bestaat uit ongeveer 35 verschillende wijken.
Over het inwonersaantal bestaat geen enkel precies idee; het ligt vermoedelijk ergens tussen de 3 en 4 miljoen. Soweto is in feite een woon- en slaapstad, praktisch alle volwassen mannen werken elders in en om Johannesburg of zijn werkloos (65%). Bovendien komen overdag de bewoners van de Homelands om hun goederen hier te verkopen.
Huizen
Er zijn in Soweto verschillende soorten huizen. De eenvoudigste bestaan uit wat losse planken en een zeil (krotten).
Het merendeel (duizenden) bestaat uit min of meer identieke huisjes, 56 m2 groot, elk met twee slaapkamers, een woonkamer en een keuken.
Toilet voorzieningen zijn buiten in “huisjes”. Water wordt gehaald op een centraal punt per wijk. De meeste huisjes hebben elektra. Huurprijs is ongeveer ƒ 6,– per maand.
Verder zijn er de zogenaamde “hypotheekhuizen” deze zijn iets groter en moeten binnen 20 jaar aan de regering worden terug betaald.
In Soweto is bijna geen boom te vinden. Van de bomen die langs de wegen worden geplant, wordt 90% binnen vrij korte tijd omgehakt. Een van de redenen dat het er zo ontzettend stoffig zal zijn geweest.
Overdag kan het er erg warm zijn, maar vooral in de wintermaanden kan de temperatuur dalen tot tegen het vriespunt.
Baragwanath-ziekenhuis
Bij het binnenrijden in Soweto vanuit Johannesburg liet onze gids ons, van enige afstand, naar het grote Baragwanath-ziekenhuis kijken. Dit redelijk moderne ziekenhuis is met zijn 2700 bedden een van de grootste van het zuidelijk halfrond.
We liepen hier over een markt waar we ons absoluut niet veilig voelden. Dit gevoel van onveiligheid zouden we niet meer kwijt raken. Vreemd, omdat de meeste mensen erg vriendelijk waren en trots leken te zijn om met ons een praatje te kunnen maken.
Monument 16 juni 1976
Johannesburg – Soweto – monument 16 juni 1976
16 juni 1976 komen scholieren in opstand tegen het Apartheidsregime in Zuid-Afrika. Duizenden jongeren gaan in de zwarte woonwijk Soweto de straat op. De politie grijpt hard in. Honderden demonstranten worden gedood.
Olendo East
Vanuit Baragwanath reden we met het busje naar Olendo East, waar we een plaatselijke “kroeg” bezochten. Dit is een van de armste wijken met huisjes die gebouwd werden tussen 1930 en 1935.
De kappers en de schoenmakers doen hun werk op straat. In bijna iedere straat is wel een soort van “garage bedrijf”.
Er moet hier sprake zijn van een enorme grondvervuiling. Al het afval blijft liggen waar het is neer gegooid en wordt slechts zelden door de overheid opgeruimd.
Olendo West
Van hieruit ging het verder naar Olendo West en naar Beverly Hills. In deze oude arme wijk heeft Mandela een huis laten bouwen, dat zeer groot is.
Dubeville
Tutu heeft het slimmer gedaan en heeft zijn huis laten bouwen in de wijk Dubeville, hier staan huizen die in geen enkele Europese “goudkust” zouden misstaan.
White City Jebevy
We reden steeds meer naar het midden van Soweto, Mofotoville en White City Jebevy met de bijnaam Kansas City.
In deze wijk gaat geen dag zonder een moordpartij voorbij. Deze wijk bestaat uit fraaie woningen met zogenaamde olifanten daken. De golfcourse is volgebouwd met krotten.
Hostelville
Hostelville lijkt op een concentratie kamp alleen staan de deuren en poorten open, er zit wel prikkeldraad omheen. Hier wonen 14.000 mannen, alleen mannen (?) Van deze wijken zijn er zes.
Pimville
We eindigen in Deepclove en Pimville, hier wonen de zeven miljonairs van Soweto. Deze huizen lijken op kastelen.
Soweto heeft ook zijn eigen scholen, universiteiten, politiebureau’s, kerken en een gevangenis.
De scholen waar we langs reden waren of vernield of net weer opgebouwd.
Het staat vol ruïnes, onze gids kon precies vertellen bij welke opstand een bepaald gebouw werd vernield, de oudste een supermarkt uit 1974.
Weer een bewijs dat niets wordt opgeruimd of hersteld. Deze tocht was een geweldige ervaring. Maar nog nooit ben ik zo blij geweest om weer bij het hotel te worden afgezet.
De portier van het hotel vroeg een dag later hoe ik mijn bezoek aan Soweto had ervaren. “It was a very interesting experience” was mijn antwoord.
Hij voegde er aan toe dat zijn gezin weer een nacht niet had geslapen van de geweerschoten in zijn wijk, ergens in Soweto.
Iedere week zagen zijn kinderen wel ergens een lijk, zij kregen hier nachtmerries van. Hij hoopte dat de regeringsleiders weer snel met elkaar zouden gaan praten, volgend jaar hoopt hij voldoende te verdienen om Soweto te verlaten.